BLOGS.
HOE KRIJG JE JE HERSENEN GEFOCUST?
Hoe komt het dat we tegenwoordig zo snel zijn afgeleid?
Warren Buffett en Bill Gates hebben ooit gezegd dat focus de belangrijkste factor is geweest voor hun succes. En ook toont recentelijk onderzoek aan dat onze staat van aandacht, de staat van ons leven bepaalt. Dus hoe gebruiken we onze aandacht om dieper te focussen, minder afgeleid te worden en zelfs creatiever te worden? En hoe komt het dat we zo snel zijn afgeleid? Na het lezen van dit artikel weet je precies hoe je je hersenen kan activeren om gefocust te blijven.
In het dagelijks leven hebben we veel te maken met prikkels. Je krijgt constant informatie binnen via je telefoon, laptop, televisie, smartwatch en prikkels ons heen. “Onze automatische reactie als er een prikkel op ons afkomt is: reageren,” legt coach en psychotherapeut Odette Koelewijn uit. “Zo’n automatische respons is dominanter dan de respons om niet te reageren en je aandacht op je werk te houden. Soms lukt dat ons wel, maar dan kost het extra energie. Iedere vorm van afleiding kan je focus verminderen en we leven in een samenleving waarin we steeds meer blootgesteld worden aan prikkels. Een mail die binnenkomt, een WhatsApp-berichtje, een collega die met z’n pen tikt of een vliegtuig dat laag overvliegt. Zijn we eenmaal afgeleid, dan kost het ook nog eens extra moeite om weer terug te komen in een modus van concentratie.”
Chris Bailey, auteur van het recente boek Hyperfocus, vertelt hoe ons vermogen om ons te concentreren de sleutel is tot productiviteit, creativiteit en een zinvol leven leiden. In zijn Ted Talk vertelt hij over zijn persoonlijke ervaringen en geeft hij tips om je te kunnen focussen. ‘’So i decided to essentially for all intents and purposes, get rid of the phone for a month as an experiment.‘’ vertelt Chris. Hij legde zichzelf de eis dat hij maximaal 30 minuten per dag op zijn telefoon mocht zitten. Na een week merkte hij al drie opmerkelijke verschillen. Het experiment zorgde ervoor dat hij meer ideeën en meer plannen had voor de toekomst. Ook werd hij een stuk creatiever. De auteur startte kort hierna zijn onderzoek naar focus. In dit onderzoek richt de auteur zich voornamelijk op hoe technologie invloed heeft op onze hersenen.
SPANNINGSBOOG EN TECHNOLOGIE
Als we achter een computer werken en onze telefoon ligt daarnaast, concentreren we ons gemiddeld 40 seconden op één ding voordat we afgeleid worden. We denken dan dat ons brein is afgeleid. Maar in werkelijkheid is ons brein over gestimuleerd. We verlangen naar afleiding omdat onze hersenen houden van kleine pulsen van informatie. Volgens Chris Bailey maakt ons brein zelfs dopamine aan bij het vinden van afleiding zoals social media, een whatsappje of berichtje. Vandaag de dag zijn onze hersenen door technologie extreem gestimuleerd. En wanneer je hersenen minder gestimuleerd worden, noemen wij dat ‘verveling’. Maar deze verveling is juist nodig om je hersenen te laten rusten. Herkenbaar en toe aan een hersendetox?
Neem jezelf voor om je een paar dagen te vervelen. Het proces om je hersenen te laten rusten duurt gemiddeld 8 dagen. En is heel zinvol omdat je hierdoor inspiratie, plannen en focus voor terug krijgt.
DWALEN VAN GEDACHTEN
Als je aandacht nergens naartoe gaat, zul je merken dat je gedachtes ronddwalen. In deze setting zullen er veel ideeën en plannen gemaakt worden. Bijvoorbeeld als je aan het douche bent, of simpelweg door een gang loopt. 12% van deze gedachtens zullen gaan over het verleden. 28% over het heden en 48% over de toekomst. Het zijn de momenten wanneer je hersenen ‘verveeld’ zijn waar goede ideeën en oplossingen te voorschijn komen. verteld Bailey in zijn TedTalk. Misschien ken je het wel, je wilt een e-mail versturen en weet niet zo goed hoe je het moet verpakken. En wanneer je vervolgens op de gang loopt, weet je plotseling hoe je het wilt gaan opstellen. Vind een manier hoe je deze gedachtengang kan uitlokken. Je kunt bijvoorbeeld breien, wandelen, mediteren of simpelweg over de gang heen lopen.
PRIKKELS
Nu denk je misschien dat afleiding de vijand is van focussen. Maar afleiding is enkel een symptoom van dat je het moeilijk vind om te focussen. Volgens Chris Bailey is het enkel dat je brein overgestimuleerd is. Herkenbaar? Probeer eens twee weken lang je brein minder te prikkelen. Stel een korte schermtijd in en geef je hersenen rust. Of zorg dat je vanaf een bepaalde tijd een ‘scherm detox’ houd. Waarbij je vanaf bijvoorbeeld 20:00 tot 08:00 geen telefoon gebruikt. En vind verveling opnieuw uit door bijvoorbeeld op de bank te liggen en enkel na te denken. Waar gaan je gedachten dan heen?
DE ONLINE WERELD
Hoe blijf je persoonlijk contact onderhouden met je netwerk via e-mail?
De online wereld brengt een hoop voordelen met zich mee. Zo kun je bijvoorbeeld een vak uitoefenen waarbij je enkel internet nodig hebt. Dit kan dan overal ter wereld uitgeoefend worden. Je hoeft tegenwoordig ook niet meer dagen te wachten totdat je antwoord hebt op je brief. Maar daarbij wordt er wel verwacht dat je snel reageert op mails. Hoe blijf je in gezond contact met je netwerk? En hoe val je op in deze grote online wereld? In deze blog geef ik je tips aan de hand van verschillende experts.
DUIDELIJKE DOELEN
Stel, je schrijf een sollicitatie naar een bedrijf waar je graag aan de slag wilt. Hoe zorg je er dan voor dat jouw mailtje opvalt? Volgens Tom Geller van LinkedIn Learning kun je het beste twee doelen voor ogen houden. Het korte en het lange termijn doel. Je korte termijn doel is dat je meteen actie wilt van je respondent. Je wilt namelijk een gesprek voeren met iemand binnen het bedrijf. Je lange termijn doel is dat je graag aangenomen wilt worden door dit bedrijf.
LAAT JE LEZER NIET WERKEN
Zorg dat je je doel in het begin vermeldt. Je wilt geen informatie in de mail verwerken die niet bruikbaar is. Je begint met het lange termijn doel en je eindigt met korte termijn doel. Wees specifiek in wat je van de respondent verwacht. Je wilt uiteindelijk reactie ontvangen op je mail. Bijvoorbeeld: “Graag wil ik u bedanken voor het lezen van mijn sollicitatiebrief. Indien u vragen heeft, kunt u mij altijd telefonisch benaderen.”
VERVUL DE EISEN
Bij het zien van een vacature wordt er vaak een functieomschrijving gegeven. Het is belangrijk dat je iets met deze omschrijving doet in je sollicitatie. Je weerlegt de eisen naar jezelf en gebruikt voorbeelden. Terwijl je dit doet, kom je misschien dingen tegen waar je jezelf niet in kunt vinden en dan kun je de mail tijdig afkappen. Niet alleen voor een sollicitatie is het belangrijk om vragen te weerleggen, maar ook als je bijvoorbeeld een telefonisch gesprek hebt gehad met iemand uit je netwerk. Beantwoord gestelde vragen en Onderzoek naar wie je schrijft.
ONDERZOEK NAAR WIE JE SCHRIJFT
Als je op de website enkel een contactformulier kunt vinden, verwijst dit je in veel gevallen niet door naar de persoon die je wilt benaderen. Dan kun je zelf ook opzoek gaan naar de contactgegevens op bijvoorbeeld LinkedIn. Je kunt daar vaak het betreffende bedrijf vinden en zien welk persoon welke functie vervult. Zo kun je gemakkelijk een link leggen met de juiste contactpersoon.
SANDWICH TECHNIEK
Helaas komt het wel eens voor dat je slecht nieuws moet overbrengen naar een ander persoon. Het is hierbij belangrijk hoe je dit slechte nieuws verpakt. Een slimme manier om dit te doen is de ‘sandwichtechniek’. Een overdreven voorbeeld waarbij gebruik wordt gemaakt van de sandwichtechniek, is:
"Ik krijg nog geld van je en ik ben hier heel boos over. Ik maakte een logo voor je, maar je hebt me niet betaald en dat had je me wel beloofd! Ik denk dat je hebt gelogen toen je me inhuurde. Waarschijnlijk had je het geld op dat moment niet eens! Ik verwacht het geld zo snel mogelijk te ontvangen en zo niet, dan zie ik je tijdens een rechtszaak."
Een bericht als deze roept op om tegen de persoon in te gaan, in plaats van een helpende hand te bieden. Als eerste heeft het geen nut om te vermelden dat je boos bent. Daarnaast is het onnodig om iemand iets te verwijten zonder dat je zeker weet dat het de waarheid is. Ook het dreigen met een rechtszaak is zinloos. Veel bedrijven nemen het bericht niet serieus, wanneer het niet van een advocaat komt. Een verbeterde versie van het bericht zal er dan zo uitzien:
‘’Onlangs hebben wij afgesproken dat ik een logo zou maken die nu te zien is op uw website. Volgens ons contract was de uiterlijke betaling van €350,- op 1 Mei 2020. Helaas heb ik nog geen betaling ontvangen. In de bijlage staat een kopie van het contract. Ik ontvang de betaling graag via het rekeningnummer: NL12 RABO 01392 42 293. Details staan in het contract. ‘’
Omdat het bericht nu nog redelijk onvriendelijk is, kunnen we de sandwichtechniek gaan toepassen. In het kort: het moeilijkste deel van het bericht bevindt zich in het midden, net als het ‘vlees van de sandwich’. De vriendelijke stukken van het bericht zitten aan het begin en aan het einde van de tekst. Een goed voorbeeld van een prettig begin en eind zou zijn:
‘Ik vond het een fijne samenwerking! Het logo ziet er goed uit op jullie website.’ en ‘Nogmaals bedankt voor deze kans van samenwerking. Ik kijk uit naar het voortzetten van deze productieve relatie.’ De tone of voice ligt natuurlijk helemaal aan de relatie die je hebt met je klant. Maar in elke situatie geldt: men vangt meer vliegen met stroop dan met azijn.
HERHINNEREN
Helaas wordt niet elke e-mail beantwoord. Hoe zorg je dat je tóch een reactie krijgt op je e-mail? Volgens Tom Geller is dit simpelweg een herinnering sturen. Er zijn geen regels voor de reactietijd van een e-mail. Het is wél belangrijk dat je goed aanvoelt wanneer het tijd is om een herinnering te sturen. Daarbij houd je ook rekening met de Tijdlijn, Alternatieven en Vervelend zijn: ook wel TAV.
Om te beginnen: de T. Wat is je tijdlijn? Als je jezelf bijvoorbeeld voorbereidt op een groot evenement dat op 1 september plaatsvindt, zorg dan dat je al in juli de juiste reisinformatie verkrijgt. Dan kun je namelijk in augustus je reis al inplannen. Ten tweede, de A: wat zijn je alternatieven? Kun je ergens anders je vraag beantwoord krijgen? Als dat het geval is, kun je jezelf afvragen of je tweede e-mail wel nodig is. En als laatste, de V: je wilt natuurlijk niet vervelend zijn. Zorg ervoor dat de herinnering die je stuurt, geen schade brengt aan jullie relatie. Sommige vormen van communicatie zijn onpersoonlijk. In dat geval maakt het niet uit wat je respondent denkt over jou.
TEVREDEN GESTELD?
Soms krijg je een reactie waarbij je vraag onbeantwoord blijft. Dit kan komen omdat je respondent de vraag niet heeft begrepen, of omdat je de vraag aan de verkeerde persoon hebt gesteld.. Houd dan altijd in gedachte dat een fout antwoord altijd nog beter is dan geen antwoord. Blijf in dit geval rustig en beleefd. Het is een uitnodiging om de fout te verbeteren en het gesprek gaande te houden.
Sommige vormen van communicatie zijn onpersoonlijk. In dat geval maakt het niet uit wat je respondent denkt over jou.
DE MARKETING KANT VAN COMMERCIËLE PSYCHOLOGIE
What makes you click?
Homo economicus bestaat niet. De mens wordt vooral door emoties gedreven en maakt naar schatting 95% tot 99% van z’n dagelijkse beslissingen op basis van het onbewuste, vanuit het instinct. ‘The human brain hasn’t had a major software upgrade for the last 50,000 years’, zo stelde Peter Diamandis enkele weken geleden op de Singularity summit. Zelfs kleuren geven bepaalde signalen door aan je hersenen. Zo staat de kleur blauw voor vertrouwen, en geel voor angst. En zelfs het weer speelt mee op je koopgedrag. Maar wat beïnvloed ons onderbewuste nog meer? En hoe maken bedrijven hier gebruik van?
Bart Schutz, spreekt wereldwijd op congressen en is ook psycholoog. Hij weet precies wat er in ons hoofd afspeeld. Maar zelf zegt hij in What Makes You Click van tegenlicht dat hij niet de allergrootste is als het gaat over beïnvloeden van mensen. ‘Dan zou ik naar de grote baas van Facebook gaan.’ verteld hij.
Online winkelen
Online shoppen is in de jaren 90 ontstaan. Sindsdien is de online markt enorm snel gegroeid. De afgelopen 3 jaar zijn grote bedrijven zich gaan focussen op psychologie, oftewel; consumenten psychologie. Daarvoor zijn bedrijven psychologen en gedragswetenschappers gaan aannemen. Het doel van de gedragswetenschappers is om advies te geven hoe het menselijk brein te beïnvloeden is, om zoveel mogelijk geld te verdienen. Marketing is daardoor veranderd. Het komt er op neer dat alles draait om de tijd die bezoekers op een site spenderen en waar ze klikken. De marketeers die zich in die wereld bevinden worden online persuaders genoemd. Ze weten maar al te goed hoe een menselijk brein werkt waardoor ze consumenten makkelijk kunnen verleiden. Ook worden veel stappen die je zet op een website geregistreerd. Zo heeft Studio Moniker een website gemaakt waar je heel duidelijk kan zien wat een website kan registreren. De website registreert precies waar je cursor heen gaat en wat je cursor doet. De website laat dit vervolgens direct aan jou zien als gebruiker van de website. En deze website is niet de enige website die gebruik maakt van dit soort onderzoek.
Jij en ik doen allebei mee aan een wereldwijd psychologisch onderzoek. Zonder dat we het weten. De testen waar wij aan meewerken gebeuren iedere keer als we een website bezoeken. Zonder toestemming voeren de zogenaamde online persuaders ze uit. Een goed voorbeeld hiervan is de A/B test. De A-B test gaat kleine (of grote) visuele en tekstuele elementen uittesten. Een grote groep bezoekers zal versie A van de website te zien krijgen. De andere helft versie B. De verschillen in data vertelt welke versie van de website het meeste geld op levert, dus het meest aantrekkelijk is. Nu blijkt het zo te zijn dat alle commerciële bedrijven deze test uitvoert. Dat klinkt misschien een beetje raar, dat iedere keer dat je op het internet komt je een meetmiddel bent in een test. Maar zelf heb je dit niet door.
Wat mensen zeggen dat ze doen en wat ze denken te doen, is in de praktijk iets heel anders dan wat ze daadwerkelijk doen. Waardoor deze manier van testen, de effectiefste manier is. In de relatief korte periode waarin deze testen zijn ontstaan, hebben bedrijven heel snel een beter beeld van het menselijk brein gekregen. Wat er voor zorgt dat bedrijven die het vermogen hebben om te experimenteren en te testen, vele malen sneller slimmer worden in het verleiden van klanten. In tegenstelling tot kleine bedrijven die deze mogelijkheden niet hebben. Grote bedrijven als Facebook en Google zijn continue bezig met het verbeteren van hun websites en dat doen ze door steeds beter te worden in het verleiden van hun bezoekers. En volgens de nederlandse documentaire What Makes You Click zijn wij allemaal al erg verslaafd aan de media van deze grote bedrijven. Want op Facebook staat een hoop informatie waar je niet voor op de site komt maar toch blijf je scrollen. Terwijl als je navigatiesysteem je steeds een verkeerde richting in stuurt zou je deze niet meer gebruiken. Wat doet een app zoals Facebook met je hersenen? In de docu wordt je mobiel vergeleken met een fruitautomaat. Steeds heb je de kans om iets moois tegen te komen. Of dat nou een grappig filmpje is of een leuk berichtje. Het menselijk brein blijkt het meeste een rush te krijgen als het een onverwachte beloning krijgt.
Specialisten hebben het over de ethiek van online persuasion. Waar kun je mensen wel naar toe sturen en waar naar niet. Ze praten in de documentaire alsof je met online persuasion mensen dingen kan laten doen die ze eigenlijk niet willen. Eerder is ook al gezegd dat het menselijk brein heel makkelijk te beïnvloeden is. Als dat echt zo is zou dat natuurlijk
gevaarlijk kunnen zijn. Want niet alleen op Facebook en websites worden je hersenen gemanipuleerd, ook in te politiek speelt het een grote rol. Daar is de afgelopen tijd (na de verkiezing van Trump) veel over op het nieuws geweest. Het bekende Cambridge Analytica data scandal is een voorbeeld van hoe data van groot belang kan zijn in het veranderen van gedachten.
Politiek
De data analist Timothy Presott heeft meegewerkt aan twee verkiezingscampagne van ex-president Obama. Hij vertelt in de documentaire over de data die werd verzameld in de periode voor de verkiezingscampagne. Door zo slim mogelijk (met behulp van data) vrijwilligers in te zetten om van deur tot deur met mensen te praten via een script, werd gedrag gemeten. Ze vergeleken online data met voor en na het bezoek om het gedrag te meten. Door het inzicht van de data zijn ze bij hun precieze doelgroep gekomen en hoe ze deze doelgroep moeten toespreken. Daarnaast wisten ze ook de juiste woorden bij de juiste mensen te gebruiken.
Op het moment wordt persuasion ingezet op de interface, dus hoe een site er uit ziet. Als data analist is het nog mogelijk om te begrijpen wat de gevolgen zijn van bepaalde aanpassingen. Maar er wordt gesproken over een toekomst waar kunstmatige intelligente de testen uit gaat voeren. Er wordt dan sneller over het menselijk brein geleerd dan de mensheid kan begrijpen. En die toekomst is dichterbij dan wij denken.
HET INTERNET
De filosofie van het internet.
Filosofie van het internet
Uit angst voor de kwetsbaarheid van communicatie, werd een verspreid netwerk zonder centrale gemaakt. Grote bedrijven die het internet publiek hebben gemaakt hebben een monopolie gekregen op het gebied van ontwikkeling. Alessandro Baricco is een 61 jarige italiaanse filosoof en werpt een blik op het internet in zijn boek ‘The Game’. Baricco keek terug naar waarom internet is ontstaan en zag dat het de bedoeling was om macht te geven aan iedereen, door grenzen te vernietigen. Rechtstreeks contact is hiermee ontstaan. Baricco ziet positiviteit in het idealiseren op Facebook. Hij ziet het als een spel, maar ook als een tweede kans om geluk te vinden. En hij ziet fake news als storytelling van andere feiten (alternative facts).
We zijn in een nieuwe cultuur gekomen waar we nog mee om moeten gaan. Er zijn concepten die Baricco naar voor brengt. Hij spreekt over een massa-individualisme. Iedereen is een individu die zijn stem kan laten horen. Een massa die is gekenmerkt door zijn individuen. Zijn term snel waarheden is een commentaar op fake news. Hij verklaart fake news als alternatieve feiten. Wat is er waar en wat niet. Iedereen stuurt informatie en sommige delen blijven hangen en anderen niet. De informatie die blijft hangen wordt de waarheid. Alles heeft met storytelling te maken. Alles is verpakt met een verhaal, ook krantenkoppen proberen snel aandacht te vragen en waarheid over te brengen. Krantenkoppen hebben feiten ingepakt met storytelling. Je hebt nooit informatie die alleen maar feitelijk is vastgesteld. Dat is de manier waarop wij in leven staan. De hele geschiedenis bestaat uit verhalen over wie we zijn, waar wij vandaan komen en wat we moeten doen. Feiten worden mee gefabriceerd door storytelling.
Nieuwe elites verandering van denken
Facebook is een soort spel, Tinder is een spel maar allebei met rechtstreeks contact. De computer is niet van een iemand maar van iedereen. Daardoor kan iedereen informatie verkrijgen uit de hele wereld. Het was de bedoeling dat mensen niet meer gestuurd zouden kunnen worden, maar dat is helaas niet gelukt. Is technologie om ons denken te steunen, of is onze manier van denken door technologie gestuurd.
Hoe verandert internet het denken?
Wetenschappers, kunstenaars, denkers, allemaal mensen die de cultuur mee bepalen hebben deze vraag gekregen. Hieronder laten zij zich uit over deze vraag. Mensen kunnen doorbreken. De nieuwe elites bestaan uit mensen die het spel handig kunnen bespelen in onze nieuwe communicatie systemen. Ze scoren binnen dat netwerk. Denk aan online beroemdheden. Geen elite die gebaseerd is op kennis maar op functioneren online. Post ervaring hangt daarmee samen. Hij confronteert met de vroegere opvatting van ervaring als een diep gevoel hebben over een gebeurtenis. Nu is ervaring vormgegeven door social media.
Ervaring is flexibel combineren van verschijningen binnen netwerken als facebook. Niet meer een unieke, directe ervaring van iets ergs of leuks waardoor je tot een diepzinnigheid komt. Mensen gaan hun leven communiceren. Selfies, foto’s uploaden op Facebook maken een post een ervaring. Na de wereldoorlog 1969 werd technologie aangeprezen. Baricco denkt dat er een denken geweest was die het nodig heeft gemaakt om technologie uit te vinden. Dat denken komt uit een periode van hoop dat er geen oorlog meer is, en een frustratie uit oorlog. Mensen willen weg van denken wat de oorlog heeft veroorzaakt. Ze willen de macht vernietigen die oorlog heeft veroorzaakt. Daarom is er technologie ontwikkeld waardoor de macht verdeeld wordt en verspreid onder veel meer mensen. Het had te maken met wantrouwen van onderwijs, politiek en anderen instituten. Technologie werd gemaakt om grenzen af te breken. Waardoor er een stroom ontstaat met een rechtstreeks contact van mens tot mens. Rechtstreekse participatie. Maar ook komt er een spelelement bij kijken.
Conclusies
Internet helpt om onderscheid te maken tussen denken en denkbeelden. Over denken zelf weten we onvoldoende vanaf, sommige denken dat het hetzelfde blijft. Wel weten we dat we voortdurend denkbeelden maken over dat proces. De manier om een beeld te vormen van denken veranderd door de ontwikkeling van technologie. In hoeverre kan een denkbeeld het denken veranderen? Daar is discussie over. Mensen weten niet wie ze zijn als mens maar ze vormen wel beelden om te weten wie ze zijn. Als iedereen zegt dat je iets bent, ga je daar op een gegeven moment in geloven. Net zoals denkbeelden doen bij denken.
2.0
We moeten er van uit gaan dat de identiteit van technologie niet vast ligt. Technologie die op het moment worden gemaakt moeten efficiënt zijn en verkoopbaar. Die aspecten hangen samen met ons hedendaagse cultuur. Wat is goede technologie? Dan moeten we eerst nadenken over wat de technologie voor ons zou moeten betekenen. Heidegger een Duitse filosoof uit 20ste eeuw, denkt dat de vraag naar technologie niet een opvatting is die er langer is geweest. Heidegger zegt; we moeten ons realiseren dat de identiteit van technologie kan veranderen, en ook veranderd is in het verleden. Technologie is niet neutraal, het is niet alleen maar een middel zonder betekenis. De manier hoe technologie gemaakt wordt, betekent dat je keuzes maakt over hoe de wereld werkt. Technologie wordt gemaakt vanuit een bepaalde opvatting. De technologie die gemaakt wordt, nodigt bepaald gedrag uit. Zoals een auto die 300 km/u kan rijden. Welke waarden wil je naar de toekomst meenemen, welk gedrag stimuleert het?
3.0
Met een nieuwe technologie ga je een mogelijk toekomstscenario bedenken, wat zou er gebeuren? En wil je die effecten wel of niet? Zelfrijdende auto’s moeten geprogrammeerd worden waardoor er keuzes gemaakt worden. Als er een keuze moet gemaakt worden tussen het leven redden van de bestuurder of de aangereden persoon. Wat laat je de auto doen? Welke waarden breng je in de samenleving? Daarvoor moet je effectief scenario’s beschrijven. Dat doen ontwerpers tegenwoordig altijd. De praktische werking wordt voorspelt, en in vraag gesteld. Als je vraagt wat technologie is, zeggen mensen dingen uit het dagelijks leven, efficiënt, verkoopbaar etc. Maar hoe zou je het willen zien? Je zou het kunnen vergelijken met de identiteit van kunst, dat ligt ook niet vast. Kunst verandert ook door de jaren heen. Als de identiteit niet vast ligt zijn er andere denkbeelden en concepten mogelijk.
4.0
Wat ik het mooie vind aan het internet is hoe het mensen bij elkaar kan brengen met soms stomme acties. Denk bijvoorbeeld aan de Storm Area 51 evenement. Uiteindelijk stond er maar een kleine groep mensen maar door de miljoenen aanmeldingen werd het wereldnieuws en een dreigement waardoor de FBI moest ingrijpen. Wat ik wil zeggen is dat er zo veel macht is als mensen samen werken. En door internet is samenwerken heel makkelijk. Iedereen kan zijn stem laten horen ook al is dat anoniem. Met een goed verhaal kun je veel bereiken op het internet. En storytelling is belangrijker dan ooit.
DE GROTE DATAROOF COLUMN
Op basis van de Tegenlicht-documentaire 'De grote dataroof van VPRO'.
Er is weinig begrip over wat voor een revolutie we meemaken door data. Weinig begrip over hoe het werkt en weinig begrip over wat het betekent. Ook al zijn big tech bedrijven zoals Facebook en Google er al zo’n 20 jaar mee bezig. De politiek heeft nauwelijks besef wat de data economie inhoudt. Maar de nerds in Silicon Valley hebben de waarde van data al tientallen jaren geleden zien aankomen. Deze hoogtechnologische industrie is erg veel bezig met data en gebruiken dit om bijvoorbeeld meer leads te genereren. De Tegenlicht-documentaire De grote dataroof van VPRO werpt een blik op deze data economie. Harvard-hoogleraar Shoshana Zuboff schudt in de docu verschillende tegelwijsheden met achteloos gemak uit haar mouw. Maar wat wordt er in deze documentaire vertelt en wat is hier van actueel en waar?
Het is het begin van een nieuwe vorm van kapitalisme. “The age of surveillance capitalism”. Data is macht, macht is geld, geld is macht en macht is data. Bedrijven die al groot zijn, worden enorm. Het probleem is dat het maar van een kant transparant is. Big tech weet veel over ons, maar wij niks over hun, hun werkwijze, hun algoritmes, hun databank etc. Wat we wel weten is dat ze steeds groter worden en dat wij er afhankelijk van worden. Alle gratis services online zijn bedoeld om mensen het zo lang mogelijk te laten gebruiken. Hoe meer bezoekers je hebt in een online omgeving en hoe lang, des te meer je waard bent. En zo blijven deze tech bedrijven groeien.
“Ik heb niks te verbergen.”
Dat zeggen de meeste als het gaat over online privacy. Dat zal ook wel zo zijn. Maar het gaat in dit geval niet over de informatie waar wij aan denken. Zoekgeschiedenissen doen er niet zo toe. Wat waardevol blijkt te zijn is ‘rest data’. Door rest data van miljoenen verschillende individuen te analyseren worden het voorspellende data. Het is onbewust achtergelaten, zoals de snelheid waarmee je typt, of de typefouten die je maakt. Alles wat je doet, wordt opgeslagen en je profiel wordt sterker. Dit is interessant zeker met de explosieve stijging in fraude via chatservice Whatsapp. De oplichters nemen precies dezelfde tone-of-voice als jou en proberen zo dierbaren van geld te beroven. Het speelt dus wél, ook in Nederland. Maar niet alles wat in deze documentaire wordt gezegd is waar. Laurens Verhagen werpt een kritische blik op de tegenlicht documentaire. ‘’Twee voorbeelden. Het eerste gaat over Facebook en hoe dit bedrijf gezichtsherkenning inzet.
De foto’s die we naar Facebook uploaden worden gebruikt voor het trainen van gezichtsherkenning modellen. Dat klopt volgens Verhagen. Maar dan: ‘‘Die modellen worden gebruikt voor militaire operaties, bijvoorbeeld in China.’ China gebruikt ze voor toezicht op de onderdrukte Oeigoeren, stelt Harvard-hoogleraar in de documentaire. De commentaarstem vat nog eens samen: ‘Zo kunnen onze dierbare familiefoto’s door Facebook worden gebruikt om autoritaire regimes te faciliteren.’’
Volgens Verhagen is het ook onwaarschijnlijk; ‘’Als er één land is dat voorop loopt met gezichtsherkenning is dat China zelf. Met bedrijven als SenseTime en Megvii binnen de landsgrenzen heb je helemaal geen Facebook nodig.’’
Voorbeeld 2. ‘Iemand met verstand van techniek’ kwam er volgens Zuboff achter dat een beveiligingssysteem (Nest Guard, niet in Nederland leverbaar) van Google een ingebouwde microfoon had. En Google zou hierop geantwoord hebben: ‘Oeps, sorry, we wisten niet eens dat er een microfoon in zit. Sorry hoor.’ De subtekst van Zuboff: Rupsje Nooitgenoeg Google luistert onwetende consumenten voortdurend af in hun eigen huis. Leuke anekdote, maar er is geen bewijs voor. Dat maakt niet uit, want het ontbreken van bewijs duidt voor Zuboff juist op slinkse methodes: ‘Dit is hun verdienmodel. Om te versluieren, misleiden en onze onwetendheid te construeren met mechanismen en methoden die niet detecteerbaar en ondoorzichtig zijn.’’ Wat we wél weten: Google zelf bracht tussen neus en lippen naar buiten dat er een microfoon in zijn kastje zat. En, ja, dat was een ongelofelijke blunder, want tot dat moment wist niemand.
dat nog. Googles verklaring voor de aanwezigheid van die microfoon (die overigens uit stond): die kan in de toekomst handig zijn, bijvoorbeeld voor de detectie van een ingeslagen ruit. Moeten we Google en Facebook dan maar blind vertrouwen? Zou ik niet doen. Maar Zuboff blind vertrouwen ook niet.